Geen luilak, maar slachtoffer van mijn genen


Winterslaap

“Neiging tot uitslapen kan aangeboren zijn’, kopt een onderzoeksberichtje in de krant. Gelukkig, het is eindelijk wetenschappelijk bewezen dat ik geen luilak ben, maar slachtoffer van mijn genen. Fruitvliegjes met een bepaald dna slapen per nacht drie uur langer dan soortgenoten met andere genen, hebben knappe koppen ontdekt.

Ik moet vol zitten met dat slaap-dna. Vol verbazing hoor ik altijd aan hoe laat mijn eigen soortgenoten naar bed gaan en weer opstaan. “Ik moet er om zes uur uit, dus ik lig er gewoonlijk een uur of elf in’, zeggen mensen argeloos. Mij valt de mond dan open, niet van het gapen maar van verbazing. Op doordeweekse avonden, zeker in de winter, schuif ik gerust om een uurtje of tien onder de wol. Loopt om acht uur de wekker af, en ziet mijn oog dat het nog half donker is, draai ik me lekker om. Gelijk een beer in zijn winterslaap.

Pas enige wekkeralarmen later zit ik achter mijn krantje. Na al dat gesnurk moet een mens uiteraard even wakker worden, dus pas na de koffie ben ik aanspreekbaar.

Mochten onderzoekers belangstelling hebben voor mijn dna: na half tien ’s ochtends kunt u mij bellen.

By |2015-12-02T20:07:31+01:006 januari 2012|Columns|0 Comments

Leave A Comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.